Recentelijk viel mijn oog op dit blog op VN.nl[1]. Het was duidelijk een advertorial want een ronkende tekst als  “Dat blijkt enorme voordelen te bieden voor zowel debiteur als crediteur” waarbij “dat” dan slaat op digitale arbitrage verwacht je niet in een beschouwend artikel en al helemaal niet in Vrij Nederland.

Ik heb er zo mijn bedenkingen bij. Laten we voorop stellen dat arbitrage een nuttig iets is: er kan rekening worden gehouden met allerlei branche specifieke perikelen. De arbiter wordt dan verondersteld juist die kennis in huis te hebben waar de overheidsrechter een beroep zou gaan doen op deskundigen, vaak met alle vertraging van dien. Een nadeel van arbitrage is het vaak hoge kostenniveau.

Het aantasten van een arbitrale uitspraak door de burgerlijke rechter is – niet zonder reden – is ronduit lastig en sinds de recente wijzigingen van boek IV Rv op 1 januari 2015 is de drempel nog hoger geworden. “Arbitraal verzet” kan enkel als het arbitragereglement dat mogelijk maakt.

De wetgever maakt arbitrage tegen een consument niet eenvoudig. Het is op grond van art. 6:236n BW, zoals dat sinds 1 januari 2015 luidt, als zwart beding aangemerkt.

Diezelfde wetgever heeft volgens mij niet stilgestaan bij wat nu gebeurt: massaal procederen tegen consumenten via private rechtspraak en er zou best wel eens een discussie over gevoerd mogen worden of dat wel de bedoeling is.

De kantonrechtspraak is ronduit duur door de absurd hoge griffierechten vanaf € 500,– en dat is denk ik een belangrijke incentive geweest om dit pad op te gaan. Het is echt heel goedkoop voor de schuldenaar (griffierecht is € 85,–!) maar hoe zit het met de rechtsbescherming. E-court is een digitaal systeem met een kleine escape voor een schuldenaar die geen toegang heeft tot internet (vrij vertaald). De drempel is aanzienlijk en die is door de wetgever juist vermeden bij de invoering van KEI, vide het nieuwe artikel 30d lid 4 en 5 Rv.

E-court onttrekt zich naar mijn mening aan transparantie en dat vind ik bij een dergelijke portefeuille al helemaal ongewenst, dat is mijn eerste fundamenteler bezwaar. Doet men iets fout? Dat weet ik niet want er wordt niets gepubliceerd. Zien we geweigerde exequaturs op rechtspraak.nl? Nee, maar ook dat zegt niets. Zijn de arbiters goede arbiters? Ik heb geen enkele reden om daar aan te twijfelen maar publiceer dan de lijst en maak het niet nodig ze per mail op te vragen.

Ben ik dan een enorme fan van kantonrechters? Als ik bezie wat voor problemen kantonrechters met de WIK veroorzaken (één beleid graag!!!!) denk je vaak dat de rechters van mening zijn dat toegewezen incassokosten van hun salaris af gaan. De ambtshalve toetsing van oneerlijke bedingen daarentegen is een groot goed.

We weten niet hoe e-court daarmee omgaat want men publiceert niet, althans niet op de eigen website. Je loopt daarmee ook een flink risico dat juist op het punt van de consumentenrechtspraak verschillende rechtspraak ontstaat waar geen uniformiteit afgedwongen kan worden.

Ik kom bij het begin uit: het blog stelt dat deze digitale arbitrage leidt tot een snellere betaling van schulden. Ik kan me enkel voorstellen dat de schuldenaar minder kosten te betalen krijgt en dat is een voordeel. Bij e-court – het is immers privaat – is er veel meer een directe band tussen kosten van het systeem en de kostenveroordeling. Laten we niet vergeten dat de absurde griffierechten in kantonzaken kosten elders moeten afdekken.

Mijn andere fundamentele bezwaar is dat we hier praten over een zeer kwetsbare groep debiteuren: die kunnen niet naar een zitting gaan en daar hun zaak mondeling bepleiten, iets dat nog vaak genoeg tot een voor hen voordelig resultaat leidt. Kan ik er de vinger op leggen? Nee, maar het voelt gewoon niet goed.